Impralit CCO

IMPRALIT CCO

Procédé voor de preventieve behandeling van hout

De procédés Impralit CCO verlenen aan het hout een preventieve bescherming tegen:

• blauwschimmels
• houtaantastende zwammen
• zachtrot
• larven van houtaantastende insecten

Het hout behandeld volgens deze procédés kan respectievelijk in de volgende gebruiksklassen gebruikt worden:

• gebruiksklasse 1

Hout voor binnengebruik in voortdurend droge omgevingen (de relatieve luchtvochtigheid is altijd lager dan 70 %): het gebruik van behandeld hout is normaal niet nodig.

• gebruiksklasse 2

Hout niet in grondcontact en normaal niet blootgesteld aan weersinvloeden, noch aan uitloging. Een tijdelijke bevochtiging is echter mogelijk (de relatieve luchtvochtigheid kan hoger zijn dan 70 %)

• gebruiksklasse 3

Hout blootgesteld aan weersinvloeden en/of aan condensatie, maar niet in grondcontact.

• gebruiksklasse 4 

Hout voortdurend in contact met de grond en/of met zoet water

Het product Impralit CCO bezit volgende kenmerken:

- fysische toestand: geconcentreerde oplossing

- verdunning: water

- verkoopstoelating uitgereikt door het FOD Volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu onder het nummer 4689B

De procédés kunnen toegepast worden voor de behandeling van gezaagd of geschaafd massief hout van ontschorst of gefreesd rondhout.  Het hout moet zuiver zijn, en ontschorst. Bevroren hout mag nooit als dusdanig behandeld worden.

De gemiddelde geabsorbeerde hoeveelheid product hangt af van verschillende factoren, namelijk de houtsoort, de houtsectie, de houtvochtigheid, de temperatuur, ...

Het hout wordt volgens een volle cellen vacuüm-druk procédé geïmpregneerd.  Hiervoor wordt volgende cyclus uitgevoerd: voorvacuüm, vulling van de ketel door zuiging van de behandelingsoplossing,toepassen van een hydraulische of pneumatische overdruk, terugdringing van de oplossing, eventueel eindvacuüm.  De temperatuur van de behandelingsoplossing moet tussen de 5°C en 40°C liggen.  De snelheid van het fixatieproces is temperatuurafhankelijk: ze bedraagt praktisch nul onder 5°C.   In ieder geval dient het behandelde hout minimaal gedurende 3 dagen tegen regen en sneeuwval beschermd te worden.  Het behandelde hout dat in gebruiksklasse 3 of 4 gebruikt wordt moet bovendien gedurende 1 week in pakketten opgeslagen worden zodat de zoutdiffusie en -fixatie in het hout mogelijk zijn.

Kenmerken van het behandelde hout:

Na droging (houtvochtigheid lager dan 20%) biedt het behandelde hout de volgende kenmerken:

• zijn manipulatie vereist geen speciale voorzorgen
• zijn groene kleur is verscheidende jaren zichtbaar
• het hout mag met alle gewone bouwmaterialen in contact komen (metalen, poreuze materialen, ...)
• het kan geen vlekken veroorzaken, noch op pleisterwerk, noch op bekledingen
• men kan er alle gewone afwerkingen op toepassen
• het is verenigbaar met alle gewone houtlijmen

Terug: "wat betekent impregneren?"